Energiebesparen in zwembaden met ‘erkende maatregelen’.

In september 2013 is bij het Energieakkoord o.a. overeengekomen om energiebesparende maatregelen die zich binnen 5 jaar of minder terugverdienen verplicht te stellen. Afgesproken is erkende maatregelenlijsten voor energiebesparing’ te introduceren. Lijsten per bedrijfstak geven invulling aan een wettelijke verplichting (die al sinds 1993 bestond en sinds 2008 in het zogenoemde Activiteitenbesluit milieubeheer is opgenomen). E.e.a. is in het -vernieuwde- Activiteitenbesluit (art. 2.15 en 2.16) opgenomen.

Voor energiebesparen in zwembaden (publieke zwembaden) . . . :

  • geldt de verplichting bij een energiegebruik equivalent aan 50.000 kWh of meer, of 25.000 m3 aargasequivalenten of meer aan brandstoffen,
  • kan het bevoegd gezag handhaven vanaf  een equivalent energiegebruik  200.000 kWh of meer, of 75.000 m3 aargasequivalenten of meer aan brandstoffen,
  • geldt de besparingsverplichting ongeacht of de gebruikte energie zelf of door een derde, duurzaam of niet duurzaam is opgewekt (compenseren door “het leggen van een paar PV-modules” is dus niet toegestaan).
Energiebesparen in zwembaden met 'erkende maatregelen"

methodiek “erkende maatregelen” (Activiteitenregeling art. 2.15): gebruik standaard checklists om voor het zwembad relevante energiebesparende maatregelen zichtbaar te maken.

Hoewel er meer opties zijn om aan “artikel 2.15” te voldoen (zie hierna) vormt de “erkende maatregelenaanpak” een overzichtelijke manier. De lijsten omvatten een overzicht aan energiebesparende maatregelen waaruit passende kunnen worden gekozen. Zo kan eenvoudig worden voldaan aan artikel 2.15 van het Activiteitenbesluit waarin dit is geregeld.

Hoewel de verplichting voor energiebesparen in zwembaden duidelijk is, bestaat in de wijze van invulling van gekozen maatregelen op de lijsten veel vrijheid. Het Activiteitenbesluit gaat niet in op zaken als:

  • fasering
  • verhuizing/aflopen huurcontract
  • lokale omstandigheden
  • speciale cases

Veel zal dus in goed overleg met het bevoegd gezag dienen te worden vastgesteld.

“Erkende-maatregelaanpak” geldt als bottom-line

De erkende maatregelen op de lijsten zijn bottom-line: ze gelden als minimaal te nemen maatregelen. Het staat partijen vrij verdergaande maatregelen te nemen. Samenvattend: een -publiek- zwembadinstelling heeft de keuze:

  1. De aanpak gebruiken om daarmee invulling te geven aan de minimale energiebesparingsverplichting. Dit is dan ook zeer aan te bevelen.
  2. Bedrijven kunnen daarnaast –vrijwillig- ook extra energiebesparende maatregelen treffen.
  3. Bedrijven kunnen ook kiezen voor een eigen invulling van de energiebesparingsverplichting. Het Bevoegd gezag houdt dan ‘gewoon’ toezicht op basis van artikel 2.15.
Meer weten:

Klik hier voor:
> de Erkende Maatregelen Energiebesparing per bedrijfstak (va 1-17-2017) + download
> een overzichtselectie Erkende Maatregelen voor Sportaccommodaties

Zie de Handreiking op de site van InfoMil over Energie waar wordt ingegaan op:

  • Wettelijke basis: artikel 2.15 en 2.16
  • ‘Energiebesparing in de wet- en regelgeving’, richt zich op de verschillende uitgangspunten en criteria waarmee ondernemer en toezichthouder rekening moeten houden. Het hoofdstuk geeft uitleg over de relevante wetsteksten in de Wet milieubeheer, Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (hierna: Wabo) en het Activiteitenbesluit en –regeling milieubeheer (hierna: Activiteitenregeling). Dit hoofdstuk is vooral van belang voor de toezichthouder.
  • ‘Huurder versus verhuurder’, gaat in op de vraag wie moet investeren in de energiebesparing. Dit hoofdstuk bespreekt achtereenvolgens het begrip inrichting, de vraag wie de drijver van de inrichting is en de split incentives.
  • links naar Subsidies, Databank en Klimaatmonitor

Voor snel maatwerkinzicht zie onze dienst Quickscan Erkende Maatregelen


Meer? lees hier meer over al gerealiseerde praktijkvoorbeelden energiebesparing